Ik ontmoet Jacqueline, kunstenares van het Armenbolwerk monument in het Huigpark, voor een cappuccino in restaurant Tabu, grenzend aan het Singelpark. Jacqueline draagt, ondanks dat ze geboren is Leiden, een mooie Italiaanse achternaam, Ravelli. Met zo’n achternaam kun je eigenlijk alleen maar kunstenaar worden. Zo geschiedde. Ze kon al jong goed tekenen en kwam in aanraking met kunst door haar vader Jaap die mede-eigenaar was van Potterie Ravelli. Haar vader heeft prachtige keramiek op zijn naam staan. In het Amsterdamse doorliep Jacqueline in de jaren ‘70 de Gerrit Rietveld academie en de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten.
We namen bij de cappuccino wat lekkers. De eigenzinnige Jacqueline stelde voor om ieder een verschillend gebakje te bestellen om zo de enige twee gebakjes op de kaart te kunnen proeven. De twee taartjes, Pastel de nata en Mango-Limon, werden ondanks de geringe grootte en hoge prijs enthousiast door ons ontvangen.
Jacqueline Ravelli haar favoriete plek in het Singelpark is de oude Hortus die haar rust en inspiratie brengt. Ze is trots dat ze, als Leidse, een monument mocht ontwerpen voor de tienduizenden arme Leidenaars die in de 19e eeuw begraven werden op dit bolwerk. Veel Leidenaars stierven in die tijd door armoede en aan ziektes zoals cholera en hadden geen geld voor een ‘nette’ begrafenis. Voor hen toen geen hardstenen grafzuil maar een nummer aan een houten paaltje als markering op de oude verdedigingsbolwerken. Het Armenbolwerk was daarmee een weerspiegeling van de sociale misstanden in het 19e eeuwse Leiden. Stichting het Leidse Wevershuis wil de herinnering aan het verleden van de gewone Leidenaar graag levend houden door middel van een gedenkteken.
Ab+