Singelpark: Van kade tot zelfkant

Door: Lauri van Oosterom - 07 april 2022

We gaan weer Leids Laken maken! Met een diverse groep Leidenaren gaan participatie kunstenaars Sara Vrugt en Nina Mathijsen vanaf 18 juni 2022 traditioneel Leids Saai maken: een lichte, geweven wollen stof waar Leiden in de 17e eeuw beroemd om werd. Ze reizen met een mobiel atelier door het Singelpark. Tijdens de tocht worden alle stappen in het productieproces van het Saai samen met deelnemers uitgevoerd. Alle materialen en gereedschappen zijn van lokale herkomst en zo oorspronkelijk mogelijk. In het mobiele atelier nemen de vrijwilligers deel aan een rollenspel die verwijst naar het thema van vrijheid & grenzen. De kunstenaars willen het Saai maken met Leidenaren van alle mogelijke leeftijden en achtergronden. Iedereen is welkom en meedoen is gratis. Het volledige proces van Van Kade tot Zelfkant wordt gefilmd en gedocumenteerd en na afloop in Museum De Lakenhal gepresenteerd tijdens een feestelijk slotmoment, in aanwezigheid van alle deelnemers. Het Saai wordt daarbij opgenomen in de museale collectie.

Achtergrondinformatie

Leiden was een wat achteropgeraakte textielstad toen Jan van Hout in de tweede helft van de 16e eeuw de nieuwe stadssecretaris werd. Hij had een visionair immigratiebeleid: omwille van de economie én omwille van de bevordering van kunsten en kennis trok hij doelbewust gespecialiseerde arbeidskrachten naar de stad, zoals protestanten die uit het katholieke Zuiden vluchtten om aan vervolging en oorlog te ontkomen. Leiden kon de bezitloze maar vakkundige ambachtslieden goed gebruiken. Zij bliezen de textielindustrie nieuw leven in door Saai te introduceren: een lichtere stof dan het Leids Laken, maar nog steeds van hoge kwaliteit. Een arbeider in de Saai-productie kon zich geen Saai veroorloven voor eigen gebruik. Het Saai werd onder andere verkocht voor uniformen, maar werd grotendeels geëxporteerd. Met de komst van het Saai werd Leiden een wereldstad op het gebied van Lakense stoffen. Door de enorme bevolkingsgroei werd Leiden begin 17e eeuw qua omvang de tweede stad van Nederland. Niet alleen in de textielindustrie, ook in wetenschap en onderwijs verwelkomde het Leids stadsbestuur vluchtelingen en immigranten: begin 17e eeuw was een derde van de universitair docenten en de helft van de studenten buitenlands. Leiden kon met recht een ‘stad van vluchtelingen’ genoemd worden. Zonder al deze immigranten was er nooit een Gouden Eeuw geweest in Nederland.

Thematiek

In hoeverre grenzen voor uitsluiting of veiligheid zorgen – de centrale vraag van de tentoonstelling Welkom in Leiden!? – is volledig afhankelijk van je gezichtspunt. De vraag is actueler dan ooit. Wie zichzelf deze vraag stelt vanuit een comfortabele positie geeft een ander antwoord dan degene die in een rubberbootje naar een onbekende wereld vaart of oorlogsgeweld ontvlucht vanuit de hoop op een veiliger bestaan. Aangezien onze huidige samenleving een grote diversiteit kent in achtergronden en herkomst is deze vraag onmogelijk makkelijk te beantwoorden. Ook het productieproces (van textiel) is een uiterst actueel thema: De 16e en 17e-eeuwse migranten en vluchtelingen die in Leiden in de textielnijverheid werkten waren de ZZP’ers van hun tijd. Zij gaven de Leidse economie een impuls en brachten vernieuwing. Arbeidsmigranten werden doelbewust aangetrokken en verwelkomd.

Het Saai maken.

Alles begint met de wol. Vroeger werden hele huiden ingevoerd uit Engeland; een diervriendelijk alternatief is het gebruik van geschoren wol. De aftrap van het participatiekunstwerk van Kade tot Zelfkant is het scheren van een Zuid-Hollandse kudde schapen in het Rembrandtpark op 18 juni 2022. Rondom het mobiele atelier worden alle werkzaamheden uitgevoerd die oorspronkelijk ook buiten plaatsvonden, zoals het sorteren, wassen, verven en vollen. In het transparante atelier vinden de activiteiten plaats die door thuisarbeiders werden uitgevoerd, zoals het kaarden, spinnen en weven. Na historisch onderzoek worden de oorspronkelijke productiestappen zo precies mogelijk uitgevoerd. De materialen en gereedschappen zijn van lokale herkomst. Denk bijvoorbeeld aan verfplanten, kaardebollen en ook urine. Voor één lap Saai waren vroeger veertig verschillende mensen nodig, ieder met zijn eigen kennis en kunde. Ze werkten er in totaal drie maanden aan. De uitvoering van die productiestappen in dit project gebeurt in nauwe samenwerking met de verschillende Leidenaren van nu. Deelnemers, een stuk of zes tegelijk, worden door de kunstenaars en een extra begeleider op weg geholpen en leren elke keer nieuwe technieken. Plezier, ontwikkeling en ontmoeting staan centraal in het maakproces.

Eindpresentatie

Tijdens een feestelijk slotmoment – in aanwezigheid van alle deelnemers en betrokkenen – wordt het Saai overgedragen aan het archief van de stad. Museum de Lakenhal zal het doek opnemen in haar collectie en een tentoonstelling inrichten met het saai en de documentatie van het productieproces.